CBS: Vergrijzing neemt toe op de werkvloer

De gemiddelde leeftijd van de werkzame beroepsbevolking is in de laatste twintig jaar met vijf jaar gestegen naar 41,4 jaar. De vergrijzing is vooral merkbaar bij de overheidsdiensten en het openbaar bestuur. De hogere leeftijd is een gevolg van de algemene vergrijzing van de bevolking en het feit dat inmiddels 62% van de 50- tot 65-jarigen actief is op de arbeidsmarkt, ten opzichte van 35% in 1990. Dat blijkt uit naar buiten gebrachte cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Gemiddelde leeftijd van ZZP'ers

Opvallend is dat de gemiddelde leeftijd van zelfstandigen de laatste twintig jaar altijd hoger lag dan die van werknemers in loondienst. In 2012 was een zelfstandige gemiddeld 46,1 jaar en een werknemer 40,6 jaar. Het verschil komt vooral doordat zelfstandigen vaker na de AOW-gerechtigde leeftijd doorwerken. De vergrijzing verloopt echter sneller bij werknemers, want deze doelgroep is nu gemiddeld 5,4 jaar ouder dan in 1990. Bij zelfstandigen is dit verschil 2,6 jaar.

Gemiddelde leeftijd werkzame beroepsbevolking en netto arbeidsparticipatie:

Bron: CBS

Ambtenarij kampioen vergrijzing

De gemiddelde leeftijd van de werknemers tussen 1990 en 2011 is In alle bedrijfstakken toegenomen. Bij het openbaar bestuur en overheidsdiensten is de stijging met 8 jaar verreweg het grootst. Maar ook bij de financiële instellingen, de gezondheids- en welzijnszorg, en de industrie sloeg de vergrijzing met een gemiddelde toename van rond de 6,5 jaar fors toe. In de horeca was de stijging met 2 jaar het kleinst. Werknemers in het openbaar bestuur en overheidsdiensten zijn met 43,7 jaar het oudst, op de voet gevolgd door werknemers in het onderwijs (43,2 jaar). De horeca kent met 31,1 jaar verreweg de laagste gemiddelde leeftijd.